Anno 1422
Gilde Sint Leonardus
Beek en Donk

Onze Gildepastor Franklin De Coninck

 

Noveengebed

 

Goede God, door uw Zoon Jezus heeft U veel wonderen verricht:

blinden konden weer zien en lammen lopen, melaatsen genazen en

doven konden weer horen, doden stonden op en aan armen werd de

Blijde Boodschap verkondigd. Ook de apostelen hebben in de naam

van Jezus veel wonderen gedaan.

 

Leonardus volgde hen na. Hij leefde vanuit de Blijde Boodschap.

Hij stond open voor mensen in nood. Hij hielp hen naar lichaam en ziel.

Vele gevangenen wist hij te bevrijden.

 

Wij vragen U, hemelse Vader, leer ons de kracht van de voorspraak van de

heilige Leonardus kennen en verleen ons de gunst waarom wij bidden.

( Hier kan de eigen intentie worden genoemd.)

 

Dit vragen wij U, vertrouwend op de hulp van de heilige Leonardus en

in de naam van Jezus Christus die ons leerde bidden:

 

Onze Vader...

 

Beek en Donk       maart 2007

St. Leonardus Gilde

Gebedsdienst kermismaandag

Gebedsviering in de Sint Leonarduskapel, op 10 september 2012 om 11.30 uur,

ter gelegenheid van het koning schieten aan de Goorloop in de namiddag

 

Vrij als vogels

Welkom en kruisteken

 

Voorzanger is gildebroeder Piet Rovers

 

Lied “Zo lang er mensen zijn”

t. H. Oosterhuis/ m. Lyon 1548

 

Zolang er mensen zijn op aarde,

zolang de aarde vruchten geeft,

zolang zijt Gij ons aller Vader;

Wij danken U voor al wat leeft.

 

Zolang de mensen woorden spreken,

zolang wij voor elkaar bestaan,

zolang zult Gij ons niet ontbreken:

wij danken U in Jezus’ Naam.

 

Gij voedt de vogels in de bomen,

Gij kleedt de bloemen op het veld,

o Heer, Gij zijt mijn onderkomen,

en al mijn dagen zijn geteld.

 

Gij zijt ons licht, ons eeuwig leven,

Gij redt de wereld van de dood.

Gij hebt uw Zoon aan ons gegeven,

zijn lichaam is het levend brood.

 

Daarom moet alles U aanbidden,

uw liefde heeft het voortgebracht.

Vader, Gij zelf zijt in ons midden.

O Heer, wij zijn van uw geslacht.

 

Gebed (allen)

 

God, die leeft in wat groeit en bloeit, Gij nodigt ons uit op U te vertrouwen en ons niet te veel zorgen te maken. Vrij als vogels, mooi als bloemen van het veld mogen wij zijn. Slechts een ding is noodzakelijk: dat we  samen zoeken naar uw Rijk van gerechtigheid. Op uw woord zal al het overige ons als toegift geschonken worden. Amen

 

Lezing (gildebroeder Geert-Jan van Rixtel Bzn)

 

Dag lieve medemens,

neem de tijd om gelukkig te zijn,

je bent een wandelend wonder op aarde.

Je bent uniek, onvervangbaar.

Weet je dat?

Waarom sta je niet verstomd,

ben je niet blij,

verbaasd over jezelf

en over al die anderen om je heen?

Vind je het zo gewoon,

dat je leeft,

dat je leven mag?

Vind je het vanzelfsprekend,

dat je tijd krijgt om te zingen en te dansen?

Waarom zou je op jacht gaan naar steeds meer bezit?

Waarom zou je zorgen hebben

om de dingen van morgen en overmorgen?

Waarom ruzie maken, je vervelen, slapen als de zon schijnt?

Neem rustig de tijd om gelukkig te zijn.

Tijd is geen snelweg tussen wieg en graf,

maar ruimte om te parkeren in de zon,

om te leven en lief te hebben.

 

Lied

(enkele coupletten) t. M. v.d. Plas/m. W. ter Burg

 

Nu gaan de bloemen nog dood.

Nu gaat de zon nog onder.

Nooit gebeurt er een wonder,

niemand kan zonder brood.

 

Refrein:

Stil maar, wacht maar, alles wordt nieuw, de hemel en de aarde

Stil maar, wacht maar, alles wordt nieuw, de hemel en de aarde

 

Nu heb je nooit genoeg.

Nu blijf je steeds iets missen

en in het ongewisse

of je ooit krijgt wat je vroeg.

Refrein:

 

Daar is geen dorst of verdriet.

Daar zal God ons omgeven.

Daar is gelukkig leven.

En het eindigt niet.

Refrein:

 

Lezing uit het evangelie volgens Mattheüs (6, 26-33) (gildebroeder André van Nunen)

 

Kijk eens naar de vogels in de lucht, zei Jezus.

Ze denken er niet over om te zaaien en te oogsten en ze slaan geen voorraden op in schuren. En toch zorgt hun hemelse Vader voor hen.

Zijn jullie niet veel meer dan vogels?

Wie van jullie is er in staat om zijn leven ook maar met een enkele dag te verlengen, al spant hij zich nog zo in?

Hoeveel moeite doen jullie niet voor je kleding.

Bekijk toch eens de bloemen in het veld, hoe ze groeien en bloeien.

Ze tobben zich niet af en hebben geen kleren nodig.

Maar dit is zeker: koning Salomo zag er in al zijn pracht niet fraaier uit dan die veldbloemen.

Als God dus het onkruid, dat vandaag nog op het veld staat en morgen al wordt afgemaaid en opgestookt, zó kleedt, zou Hij dan niet voor jullie zorgen?

Pieker toch niet altijd: Zullen we te eten hebben? Hebben we wel te drinken? Zo pijnigen zich de mensen die God niet kennen.

Jullie Vader in de hemel weet wel, dat jullie dat alles nodig hebben.

Wees vooral bezorgd om Gods rijk en om wat God van jullie verlangt.

Al het andere geeft Hij jullie op de koop toe.

Denk dus niet krampachtig aan de dag van morgen. Voor morgen wordt er wel weer gezorgd. Iedere dag heeft al genoeg eigen zorgen.

Zo spreekt de Heer

 

Overweging

 

Ze trokken nu al een hele tijd met Hem op die twaalf mannen. Enthousiast hadden ze zijn stem gevolgd. Met Hem die de blijde boodschap verkondigde dat Gods Koninkrijk op aarde op handen was, voor de deur stond, waren ze op weg gegaan. Huis en haard hadden ze verlaten, hun netten in de boot laten liggen, vrouw en kinderen vaarwel gezegd. Maar met dat koninkrijk van God op aarde wilde het nog niet zo vlotten. Het kwam nog maar niet van de grond. Ze zagen er nog niets van komen. Ze dreigden de moed te verliezen, hun geloof kwijt te raken.

 

Kijk eens om je heen, zegt Jezus, kijk naar de vogels, hoe onbezorgd ze door de lucht buitelen. Ze werken niet als kleine boeren, ze zaaien niet, ze maaien niet, ze slaan niet op in schuren en toch hebben ze te eten. God geeft hun te eten. Die zorgt wel voor hen.

Vertrouw ook op God, als God zo goed voor die vogels zorgt, zou hij dat dan nog niet veel meer voor jullie doen? Jullie zijn toch wel meer waard dan vogels.

Zo spreekt Jezus zijn leerlingen moed in.

 

Als je logisch redeneert, dan heb je misschien heel wat af te dingen op Jezus’ voorstelling van zaken. Kinderpraat, mompel je misschien tussen je tanden.

Dat is nog niet zover van de werkelijkheid verwijderd. Jezus troost en bemoedigt zijn vrienden, zoals een moeder haar kleine kinderen kan troosten.

De logica is in dit gesprek niet doorslaggevend, maar de hartelijkheid en het onverwoestbare vertrouwen dat Jezus uitstraalt. Het is als het kusje op de knie van een huilend kind dat gevallen is en toevlucht zoekt in de armen van zijn moeder.

 

Zorgen zijn er genoeg in het leven, zegt Hij, maar zoek eerst, voordat je aan de slag gaat voor het dagelijks brood en het dak boven je hoofd, het koninkrijk van God. Als je daarmee begint, dan komt de rest vanzelf wel.

 

Gildebroeders, hoe klinken die woorden van Jezus ons in deze verkiezingstijd, met als zijn leuzen en beloften, sommigen zeggen loze beloften, in de oren? Is dit nu het verlossende woord van Jezus waarop we zitten te wachten of is het misschien wel de grootste kletspraat?

 

Het koninkrijk van God is geen ster of planeet, geen land, geen staatsvorm, geen partij, geen stuk onbedorven natuur of een vakantieparadijs. Als we het daar zoeken zullen we het nooit vinden, zal het ons eeuwig ontglippen.

Het koninkrijk van God is een levenshouding, a way of live, een manier waarop wij mensen met elkaar in Gods naam mogen omgaan, als gelijkwaardige, beminnenswaardige wezens, zijn kinderen, broeders en zusters van elkaar, zoals wij als gildebroeders en gildezusters dat met elkaar proberen te doen in het Leonardusgilde.

 

Het rijk van God heeft ongekende groeimogelijkheden: het kan op elk moment en onder alle omstandigheden overal ontluiken en beginnen te groeien, als mensen -zelfs als zijn het weinige, zelfs al zijn het er maar twee, er voor elkaar willen zijn.

Het rijk Gods is oneindig levenskrachtig, het is ook uiterst kwetsbaar. Het wordt tot in zijn hart bedreigd als mensen elkaar niet meer willen zien, elkaar de rug toekeren. Dan kan het zomaar ophouden te bestaan.

 

Wie zoekt naar het koninkrijk van God en zijn gerechtigheid, volgens Jezus onze belangrijkste opdracht, durft op God en op de medemensen te vertrouwen, ondanks alles, ondanks alle tegenslagen en ontgoochelingen. Die mens zal werkelijk vrij zijn, die zal zijn als een van die vogels die vrij door het luchtruim buitelen, waarover Jezus spreekt en die door God worden gevoed.

 

Ja, gildebroeders en gildezusters, onze schutspatroon Sint Leonardus was voorbestemd om als edelman op te groeien aan het hof van koning Clovis. Hij heeft de weelde en de rijkdommen van het paleis gelaten voor wat ze waren en heeft een eenvoudig bestaan als kluizenaar geleefd. Hij hielp de boeren in de omgeving, hij bood reizigers onderdak, hij wist vele gevangenen nabij te zijn en uit de kerker te bevrijden.

Hij bezat een onaantastbare innerlijke rijkdom, hij was vrij.

 

Hoe fijn het kan zijn om vrij en onbezorgd als vrienden bij elkaar te zijn, heb ik aflopen zaterdag op het Wipke bij het kermiskoning schieten ervaren. Wat was het gezellig. Het leek wel een grote familie. Een vleugje van het koninkrijk van God was onder ons.

Nu wij vandaag gaan schieten op de vogel aan de Goorloop, wens ik ons allemaal opnieuw de vreugde en de vrijheid toe van het samen broeder en zuster zijn.

Amen

 

Lied: “Looft de Heer al wat gemaakt is”

(enkele coupletten) t. H. Oosterhuis- m. Nu dyn leven.

 

Looft de Heer, al wat gemaakt is, prijst zijn Naam,

verheft Hem voor eeuwig, dankt voor uw bestaan.

Looft Hem die gezeten is op tronen van gezang.

Zingt als rivieren mee voor God: Hij leve lang.

 

Storm en aarde, bomen, stromen, zon en vuur,

gij wolken en dromen, nachten, dag en duur,

licht en donker, dood en leven, wereld, mensenzaad,

weest mondig en volmaakt, loof Hem met woord en daad.

 

Dauw en regen, vorst en koude, ijs en sneeuw,

de slang en de vis, de vogel en de leeuw,

geesten in de hemel en gij mensen met uw stem,

gelooft Hem op zijn woord, dat gij bestaat in Hem.

 

Voorbede (gildebroeder Frans Meulensteen)

 

Kleingelovigheid hoeft niet, zegt Jezus,

wel eerst het rijk Gods zoeken.

Gods Rijk zoeken is ons eerste doel,

de rest volgt dan vanzelf wel.

Bidden wij om deze levenshouding:

 

voor allen die graaien in voorraadschuren,

en verzamelen in bankkluizen:

dat zij zichzelf niet verliezen

in hun zorg om wat voorbijgaat...

laat ons bidden…

 

voor alle twijfelaars en weifelaars,

voor hen die niet weten

waar zij hun geluk moeten zoeken:

dat zij ergens houvast vinden,

en de toekomst met vertrouwen

tegemoet leren zien…

laat ons bidden…

 

voor onszelf hier samengekomen:

dat wij durven in te gaan op Jezus’ uitnodiging

het rijk Gods te zoeken

en dat wij het vinden mogen…

laat ons bidden…

 

dat wij als gildebroeders en –zusters

en vrienden van het gilde

kracht en moed mogen putten

uit het leven van onze schutspatroon Sint Leonardus,

die eenvoud verkoos boven rijkdom en macht,

die de helpende hand werd van armen en gevangenen…

laat ons bidden…

 

dat wij onze verbondenheid

met onze overleden gildebroeders en gildezusters

mogen bewaren en versterken,

dat wij ons dankbaar hun goede daden blijven herinneren

en dat zij bij God voor ons ten beste mogen spreken…

laat ons bidden…

 

God, roep hen die U nog niet zoeken,

en kom tegemoet aan wie reeds hoopvol naar U uitzien.

Wees, om Jezus’ en Leonardus’ wille,

ons aller geborgenheid en vrede.

Amen

 

Onze Vader en Wees gegroet

 

Slotgedachte (afgaande koning gildebroeder Mario van den Elsen)

 

“Let eens op de vogels”, hoorden we vandaag tot ons zeggen, “ze leven uit Gods hand.” Dat mogen wij ook: leven uit Gods hand, ons verlaten op Hem die vogels en mensen een warm hart toedraagt.

 

Zegen

 

Gildebroeders en –zusters,

moge de zegen van de Allerhoogste

over ons komen,

opdat er in ons leven veel liefde is en licht,

opdat we vruchtbaar zijn en vol kracht,

opdat vrede en recht van ons mogen uitgaan.

Moge de glans van Gods gelaat

over ons opgaan en stralen.

Zo zegene ons allen

de Eeuwige

de Vader, Zoon en heilige Geest.

Amen

 

Sint Leonarduslied

 

Leonardus, u ter ere,

klinke luid ons jubellied!

Trouwe dienaar van den Heere,

neen, gij smaadt ons zangen niet. (2x)

 

Refrein:

O, Leonardus,

aanhoor ons lofgedicht.

Uw beeld zij ons een licht,

dat ons ten hemel richt

 

Lange jaren, honderdtallen,

hield de Donk Sint Leenderd hoog.

’t Volk, dat u te voet kwam vallen,

hief gelovig ‘t hart omhoog. (2x)

Refrein

 

Leonardus, schutspatrone,
geef dat wij u hier beneen

trouw vereren en Gods Zone
loven door al de eeuwen heen. (2x)

Refrein

 

Laatst bewerkt op 9 oktober 2012, 19:24. Geplaatst op 9 oktober 2012, 19:09.
Volgende »« Vorige