Onze Gildepastor Franklin De Coninck
Noveengebed
Goede God, door uw Zoon Jezus heeft U veel wonderen verricht:
blinden konden weer zien en lammen lopen, melaatsen genazen en
doven konden weer horen, doden stonden op en aan armen werd de
Blijde Boodschap verkondigd. Ook de apostelen hebben in de naam
van Jezus veel wonderen gedaan.
Leonardus volgde hen na. Hij leefde vanuit de Blijde Boodschap.
Hij stond open voor mensen in nood. Hij hielp hen naar lichaam en ziel.
Vele gevangenen wist hij te bevrijden.
Wij vragen U, hemelse Vader, leer ons de kracht van de voorspraak van de
heilige Leonardus kennen en verleen ons de gunst waarom wij bidden.
( Hier kan de eigen intentie worden genoemd.)
Dit vragen wij U, vertrouwend op de hulp van de heilige Leonardus en
in de naam van Jezus Christus die ons leerde bidden:
Onze Vader...
Beek en Donk maart 2007
St. Leonardus Gilde
Gebedsdienst Donckse Wij-ing 2013
Feest
van de Donckse Wij-ing
Gebedsdienst
bij de Sint Leonarduskapel aan de Goorloop
op
zondag 2 juni 2013 om 10.00 uur
Een eerbiedig
samenzijn van gildebroeders, gildezusters, vrienden en buurtgenoten, vereerders
van Sint Leonardus uit Beek en Donk en wijde omgeving en met gasten uit
Gittelde (D) en Zoutleeuw (B)
De gezangen worden
verzorgd door Seniorenkoor Sint Joachim uit Beek en Donk,
dirigent is Hans
Kempe, pianiste Jolanda Demirel.
Voorganger:
gildeheer diaken F. De Coninck
Acolieten:
gildebroeders Harrie van Dijk en Cees Huijbregts
Versiering:
gildezuster Maria Huijbers
Begroeting door de diaken
Welkom allemaal,
recht herzlich wilkommen liebe Brüder and Schwestern aus Gittelde, hartelijk
welkom gildebroeders en gildezusters uit Zoutleeuw, laten wij allen hier
aanwezig, elkaar begroeten in de naam de Eeuwige, die al van ons hield nog voor
we geboren waren en die ons altijd zal beminnen:
in de naam van de
Vader en de Zoon en de heilige Geest. Amen
En laten wij,
gesteund door het Seniorenkoor Sint Joachim een loflied aanheffen.
Lied (coupletten 2
en 4)
Refrein:
Zingt een nieuw
lied, alle landen.
Zingt voor de Heer
en verheerlijkt zijn naam.
Groot is de Heer,
die wij vrezen en prijzen!
Aarde en lucht
komen vers uit zijn hand,
schoonheid en
kracht vergezellen Hem beide:
wild is de zee en
tevreden het land.
Refrein
Juicht wat in zee
leeft, of leeft op de velden:
ziet uw Verlosser
gaat komen, weest blij!
Wuift alle bomen
der wouden, verwelkomt
juichend uw koning,
want Hij is nabij!
Refrein
Welkom door
hoofdman Geert-Jan van Rixtel Bzn
Wierook wordt
aangestoken bij het beeld van Sint Leonardus
Sint Leonarduslied (drie
coupletten)
Leonardus, u ter
ere,
klinke luid ons
jubellied!
Trouwe dienaar van
den Heere,
neen, gij smaadt
ons zangen niet. (2x)
Refrein:
O, Leonardus,
aanhoor ons
lofgedicht.
Uw beeld zij ons
een licht,
dat ons ten hemel
richt
Lange jaren,
honderdtallen,
hield de Donk Sint
Leendert hoog.
’t Volk, dat u te
voet kwam vallen
hief gelovig ‘t
hart omhoog. (2x) Refrein
Steeds in breder,
breder scharen
trokken pelgrims
naar de Donk.
Heind’ en verre
klonk de mare
van ‘tgeen hun Sint
Leendert schonk. (2x) Refrein
Gebed
Allen:
God onze Vader, Gij
hebt aan de heilige Leonardus de gave geschonken om gevangenen te bevrijden.
Verleen ons, op
zijn voorspraak, dat wij worden bevrijd van alles wat ons leven bedreigt.
Wij zijn te vaak de
gevangenen van onze onmacht, van ons verdriet, van ons gebrek aan geloof, hoop
en liefde.
Maak ons tot vrije,
gelukkige mensen.
Schenk ons vergiffenis
en geef dat wij anderen kunnen vergeven.
Dat vragen wij U
door Jezus Christus onze Heer. Amen
Lezing uit het
eerste boek Koningen (17, 8-16)
Gildebroeder Frans
Meulensteen:
Samen delen houdt
mensen in leven
In heel het land
heerste een ernstige hongersnood.
Toen kwam het woord
van de Eeuwige tot de profeet Elia. “Vertrek naar Sarefat, dat onder Sidon
valt, en ga daar wonen. Ik heb daar een weduwe bevolen voor u te zorgen.
Toen hij bij de
stadspoort kwam was daar een weduwe hout aan het sprokkelen. Hij riep tot haar:
“Wees zo goed en haal voor mij in deze kruik een beetje water. Ik zou graag wat
drinken.” Toen zij het ging halen riep hij haar na: “Wees zo goed en breng ook
een stuk brood mee.” Zij antwoordde: “Zowaar de Eeuwige, uw God, leeft, ik heb
geen brood meer, alleen nog maar een handvol meel in een pot en een beetje olie
in een kruik. Ik sprokkel nu wat hout en ga dadelijk naar huis om voor mij en
voor mijn zoon voor het laatst eten klaar te maken. Daarna wacht ons de dood.”
Elia antwoordde:
“Vrees niet, ga naar huis en doe wat u van plan bent, maar maak van het meel en
de olie eerst een broodje voor mij en breng mij dat. Voor uzelf en uw zoon kunt
u daarna zorgen. Want zo zegt de Eeuwige, de God van Israël: de pot met meel
raakt niet leeg en de kruik met olie niet uitgeput, totdat de Eeuwige het weer
laat regenen.”
Toen ging zij heen
en deed wat Elia gezegd had, en dag aan dag hadden zij te eten, hij, zij en
haar gezin. De pot met meel raakte niet leeg en de kruik met olie niet
uitgeput, volgens het woord dat de Eeuwige gesproken had door Elia.
Zo spreekt de Heer.
Tussenzang (coupletten
1, 3 en 4)
Zingt voor de Heer
van liefde en trouw,
die onder ons
verblijven wou.
Zingt als het gras
dat dankt voor dauw:
alleluja, alleluja.
Zingt voor de
liefde die ons bindt,
die in ons hoofd
haar woning vindt,
die in ons hart
haar rijk begint;
alleluja, alleluja.
Zingt voor het heil
dat komen gaat;
zingt voor de deur
die open staat;
zingt voor de God
die zingen laat;
alleluja, alleluja.
Lezing uit het
evangelie volgens Matteüs (7,24-28)
Diaken:
Wie handelt naar
Gods woord, bouwt op een stevig fundament.
Jezus sprak:
“Wie mijn woord
hoort en ernaar handelt, gedraagt zich als een verstandige man die zijn huis op
de rots heeft gebouwd. Er kwam een wolkbreuk en een geweldige overstroming, de
stormen gierden en rukten aan het gebouw. Maar het stortte niet in. De
fundamenten ervan stonden immers op de rots.
Maar wie mijn
woorden hoort en er niet naar handelt, gedraagt zich als een onverstandige man.
Hij bouwde zijn huis op het losse zand. Er kwam een wolkbreuk, een geweldige
overstroming, de stormen gierden en rukten aan het huis, het viel in elkaar en
het was één grote puinhoop.”
Zo spreekt de Heer
Overweging
De weduwe die door
de profeet Elia wordt aangesproken was straatarm. Ze werd gemeden door de
mensen in haar stad. Weduwen en wezen telden in die dagen nauwelijks mee.
Men liet hen links
liggen.
Uitgerekend deze
vrouw spreekt de profeet Elia, de man Gods die honger heeft, aan.
Hij vraagt haar om
wat water en een broodje. Op dat ogenblik was ze juist van plan van het handje
meel op de bodem van haar voorraadvat een laatste broodje te bakken voor haar
zoon en haarzelf, het samen op te eten en de hongerdood af te wachten.
Toch bakt ze voor de
vragende profeet een broodje. En dan gebeurt er een spijswonder dat duren zal
totdat de hongersnood over zal zijn. Haar pot met meel raakte niet leeg, er was
steeds voldoende olie in haar kruik, samen hadden ze te eten: de profeet Elia,
haar zoon en zij zelf.
Wat mij in dit
verhaal het meest aanspreekt is wat die straatarme vrouw doet. Het kleine
beetje dat ze heeft deelt ze met een ander, een vreemdeling nog wel. Dat ze dát
kan is voor mij het grote wonder van deze vertelling. Ze geeft wat ze heeft. Ze
laat een ander niet in de steek.
Het is de
overtuiging van onze geloofstraditie, dat waar mensen zo met elkaar omgaan, ze
handelen naar Gods hart.
Dat de pot met meel
niet leeg raakt tijdens de hongersnood, maakt ons, gelovigen, duidelijk, dat God achter die weduwe staat, dat zijn
hart uitgaat naar mensen die met elkaar hun lief en leed delen.
Leonardus bouwde
aan het begin van de zesde eeuw van onze jaartelling op een plek in een bos in
de streek van Limoges die Noblat genoemd werd een hut. Hij wijdde zich daar aan
gebed en Bijbellezing en stond klaar voor reizigers die bij hem aanklopten voor
een maaltijd, een bed voor de nacht. Leonardus werd een raadgever van de boeren
en werkte met hen mee. Zijn naam raakte bekend en nu na vijftienhonderd jaar is
zijn naam nog steeds bekend. Hij werd een van de grote Europese heiligen die in
kapellen en kerken in vele landen wordt vereerd.
Ook hier op de Donk,
al minstens sinds 1422.
Misschien hebben
mensen hier op de Donk en op al die plaatsen hun toevlucht bij Leonardus
gezocht, en doen ze het nog, omdat Leonardus laat zien hoe een mens een leven kan
leiden dat de moeite waard is voor God, voor de naasten en voor zichzelf.
Leonardus wijst een weg van liefde en bevrijding, zonder rituelen, zonder
geleerdheid. Hij is een man van het volk.
Hier in ons midden
staat vandaag een Leonardusbeeld. Het is afkomstig uit de prachtige neogotische
Leonarduskerk aan de Kapelstraat die helaas op 13 januari van dit jaar aan de
eredienst is onttrokken. Het grote gepolychromeerde Leonardusbeeld in de kerk is
na die laatste eredienst overgebracht naar de Heilige Michaëlkerk. Het kleine
beeld, in eerlijk eiken, onbeschilderd, dat in de sacristie stond is nu door
het parochiebestuur aan het Sint Leonardusgilde in bruikleen afgestaan. Het zal
vandaag een ereplaats krijgen in deze kapel. Wij zijn het parochiebestuur zeer
erkentelijk, dat Leonardus op de Donk kan blijven, want Leonardus hoort op de
Donk, al minstens zes honderd jaar is hij er.
Leonardus is een
heilige die ongeveer op de plek waar we nu staan, door de jaren heen is
aangeroepen als mensen van de Donk het moeilijk hadden, als ze ongerust waren
over hun gezondheid of die van hun dierbaren, als er ziekte heerste onder het
vee, maar vooral is Leonardus wijd en zijd beroemd als de patroon van de gevangenen.
De
levensgeschiedenis van Leonardus is daarom zo spannend, omdat hij helemaal niet
arm had hoeven zijn, helemaal niet in een hut in de eenzaamheid had moeten
wonen. Hij was van adel. Zijn bedje was gespreid. Clovis, de koning van de
Franken, was zelfs zijn peetvader die hem bij zijn doop in zijn armen hield. De
beroemde bisschop Remigius was zijn leermeester. Remigius vertelde hem over
Jezus, de Zoon van God die afstand deed van macht en rijkdom, die zich
bekommerde om de geknechte mens, die mensen wilde bevrijden van alles wat hen
bedrukte, die hen vrij en gelukkig wilde maken.
Dat ideaal heeft de
jonge Leonardus aangesproken. Hij voelde zich geroepen Jezus’ voorbeeld te
volgen en de handen uit de mouwen te steken zoals Jezus heeft gedaan. Voor
Leonardus vielen godsdienst en mensendienst samen. Ik denk dat deze
christelijke levenswijze velen onder ons zal aanspreken en dat daarom Leonardus
al alle vele eeuwen een alom geliefde heilige is, een volksheilige.
Hoewel hij in zijn
kluis in het bos van Noblat heel ver van het hof in Reims woonde, bleef
Leonardus goede contacten met koning Clovis onderhouden. En zo kon het
gebeuren, dat Clovis hem het voorrecht verleende om naar eigen oordeel
gevangenen de vrijheid te schenken. Van dat koninklijk privilege heeft
Leonardus volop gebruik gemaakt. Maar hij deed meer, als een allereerste
gevangenenpastor, zocht hij het gesprek met de gevangenen, hij luisterde naar
hun verhalen, hij begreep hoe ze op het slechte pad waren gekomen en hij wekte
hen op het rechte pad weer te bewandelen. Hij bleef hen begeleiden, soms wel
jaren.
Als we dit alles
overdenken gaat het beeld van Leonardus in ons midden spreken, dan ontdekken we
de gebroken boeien die de patroon van de gevangenen in zijn rechterhand houdt
en het evangelieboek dat hij met zijn linker draagt, de boodschap van Jezus die
hem in beweging heeft gebracht.
Vandaag viert de
Donk feest. Het gilde herdenkt met de mensen van Beek en Donk en gasten uit
Duitsland en Vlaanderen de wijding van de oude kapel uit 1422. De jaarlijkse
herdenking van de wijding van de oude kapel trok tot in de achttiende eeuw vele pelgrims. Ze kwamen van heinde en ver,
zo schrijft een van de pastoors van de Donk.
Nu, na meer dan
twee eeuwen, is de tijd rijp om het feest van de Donckse Wij-ing weer te vieren
met elkaar. Dit kleine kapelletje dat gildebroeders vierendertig jaar geleden
hier aan het riviertje de Goorloop hebben gebouwd als opvolger van de verdwenen
ruime kapel van 1422, moge tot in lengte van jaren een plek blijven waar mensen
bij het beeld van Leonardus even komen bidden, een kaars opsteken en gesterkt
weer verder gaan. Moge het geloof in Jezus, dat zich in daden van naastenliefde
uit, het fundament zijn waarop dit bedehuis is gebouwd. Dan kan het de ergste
stormwinden en regenbuien trotseren.
Amen
Voorbede
Gildebroeders
dragen symbolen aan:
gildebroeder Jan
Huijbers de Leonarduskaars,
gildebroeder Ruud
Vermeulen de boeien,
gildebroeder Piet
Rovers het kruis,
gildebroeders Mario
van den Elsen en Jan Rovers de Leonardusbroodjes.
Gildebroeder Cees
Huijbregts spreekt de gebedsintenties uit.
Allen beantwoorden
de gebedsintenties zingend met:
“Heer, onze God,
wij bidden U verhoor ons”.
De Leonarduskaars
vertelt ons van gebed, licht en warmte.
Wij bidden voor
alle mensen die, zoals Jezus en Leonardus, licht en warmte uitstralen,
die uitzicht bieden
en bemoediging in onze soms zo duistere en koude wereld.
Dat zij niet
ophouden stralende, warme mensen te zijn.
Bidden wij ook voor
hen die snakken naar een spoortje van licht, een beetje hartelijkheid.
Dat er mensen zijn
die hen horen en zien.
Laat ons zingend
bidden…
Koor en allen:
Heer, onze God wij bidden U verhoor ons.
De boeien
herinneren ons eraan dat Leonardus gevangenen bevrijdde.
Bidden wij voor hen
die om een losgeld gegijzeld worden, maar ook voor hen die in de gevangenis hun
straf uitzitten. Denken wij ook aan hen die verslaafd zijn aan alcohol, drugs
en gokspelen en aan hen die door hun driften worden geregeerd.
Bidden wij om
bevrijding van ons allemaal.
Vragen wij God dat
de enige band die mensen eens zal binden, de onderlinge liefde zal zijn.
Laat ons zingend
bidden…
Koor en allen:
Heer, onze God wij bidden U verhoor ons.
Het kruis is het
teken van ons geloof.
In het hart van het
kruis ontmoeten hemel en aarde elkaar.
Het kruis van
Golgotha is schandpaal en troon tegelijk.
Aan dat kruis werd
Jezus terechtgesteld, aan het kruis heeft zijn liefde gezegevierd.
Bidden wij aan de
voet van dit kruis voor onze zieken,
dat zij liefdevolle
aandacht mogen genieten
en voor onze
overledenen, dat zij voorgoed thuis mogen zijn bij God.
Dat wij de
nagedachtenis van onze overledenen in ere mogen houden.
Bidden wij ook voor
onszelf, dat wij het kruis in ons leven willen aanvaarden
en dat wij het
kruis van anderen proberen te verlichten.
Laat ons zingend
bidden…
Koor en allen:
Heer, onze God wij bidden U verhoor ons.
Brood is er om
gegeten te worden. Het geeft leven.
Leonardus deelde
zijn brood met armen, zwervers en pelgrims.
Het brood dat hij
uitdeelde bracht mensen samen, ze konden weer lachen,
er werd een
gemeenschap geboren.
Bidden wij, dat
voor ons brood meer mag betekenen dan de onderkant van ons beleg.
Dat brood voor ons
een teken mag zijn van het leven samen gedeeld, van vriendschap. Bidden wij dat
vriendschap duren zal, hier op de Donk, maar ook in de gildes van Sint
Leonardus verspreid over heel Europa. Dat de vijf en dertig jarige vriendschapsband
met Schützengesellschaft Gittelde tot in lengte van dagen bestendigd mag
worden. Dat wij goede contacten mogen onderhouden met de Vereniging Leonardus
in Zoutleeuw in Vlaanderen.
Laat ons zingend
bidden…
Koor en allen:
Heer, onze God wij bidden U verhoor ons.
Lied
Waar liefde mensen
samenvoegt
worden stenen een
paleis,
de kille straat een
lentetuin,
de hel een
paradijs.
Refrein:
Een land van licht
en zonneschijn,
een haard waar men
zich warmt:
een overvolle beker
wijn,
een mens die je omarmt.
De deur roept je
een welkom toe,
een stoel staat
voor je klaar;
de tafel is.
gastvrij gedekt,
een heerlijk
avondmaal.
Refrein:
Besprenkeling van
het beeld van Sint Leonardus
Besprenkeling van
de kapel van Sint Leonardus
Het beeld van Sint Leonardus
wordt in de kapel geplaatst
Lied bij de kapel
Zomaar een dak
boven wat hoofden,
deur die naar
stilte openstaat.
Muren van huid,
ramen als ogen
speurend naar hoop
en dageraad.
Huis dat een levend
lichaam wordt
als wij er
binnengaan
om recht voor God
te staan.
Woorden van ver,
vallende sterren,
vonken verleden
hier gezaaid.
Namen voor Hem,
dromen signalen
diep uit de wereld
aangewaaid.
Monden van aarde
horen en zien,
onthouden, spreken
voort
Gods vrij en
lichtend woord.
Tafel van Eén,
brood om te weten
dat wij elkaar
gegeven zijn.
Wonder van God,
mensen in vrede,
oud en vergeten
nieuw geheim.
Breken en delen,
zijn wat niet kan,
doen wat ondenkbaar
is,
dood en
verrijzenis.
Onze Vader
Diaken:
Laten wij bidden
tot God onze Vader met de woorden die Jezus ons gegeven heeft:
Allen:
Onze Vader, die in
de hemel zijt;
uw naam worde
geheiligd;
uw rijk kome;
uw wil geschiede op
aarde zoals in de hemel.
Geef ons heden ons
dagelijks brood;
en vergeef ons onze
schuld,
zoals ook wij aan
anderen hun schuld vergeven;
en leid ons niet in
bekoring;
maar verlos ons van
het kwade.
Diaken:
Verlos ons, Heer,
van alle kwaad, geef vrede in onze dagen, dat wij gesteund door uw
barmhartigheid, vrij mogen zijn van zonde, en beveiligd tegen alle onrust.
Hoopvol wachtend op de komst van Jezus, Messias, uw Zoon.
Allen:
Want van U is het
koninkrijk
en de kracht en de
heerlijkheid
in eeuwigheid. Amen
Vredeswens
Diaken:
Tot verbondenheid
en vrede roept Jezus ons samen. Hij biedt ons zijn vrede aan. “Mijn vrede laat
Ik u na”, sprak Hij tot zijn vrienden, “mijn vrede geef ik u”.
Zijn vrede mogen wij
elkaar van harte toewensen. Laten we elkaar dan een teken van vrede geven.
Gebed
Allen:
Goede God, uw Zoon
Jezus heeft blinden het gezicht teruggegeven, doven het gehoor. Lammen deed Hij
lopen en melaatsen maakte hij rein. Armen heeft Hij voedsel en hoop gegeven.
Ook zijn apostelen
hebben vele wonderdaden verricht.
De heilige
Leonardus volgde hen na. Zijn goede daden raakten wijd en zijd bekend. Hij
leefde uit de Blijde Boodschap van Jezus. Hij stond klaar voor mensen in nood.
Hij hielp hen naar lichaam en ziel. Vele gevangenen wist hij te bevrijden.
Wij danken U voor
zijn voorbeeld en wij vertrouwen op zijn
voorspraak bij U,
telkens als wij in deze kapel komen bidden. Amen
Mededelingen
Hoofdman Geert-Jan
van Rixtel Bzn
Zegen
Moge de zegen van
de Allerhoogste ons begeleiden van dag tot dag.
Moge onze God het
licht van zijn gelaat over ons doen opgaan
en ons vrede
schenken:
de Vader en Zoon en
de heilige Geest. Amen
Leonarduslied (vervolg)
Goede Jezus, hemelkoning,
hoor ons danklied, hoor ons bee.
Zegen Leonardus’ woning,
geef zijn volk geluk en vree. (2x)
Refrein:
O, Leonardus,
aanhoor ons lofgedicht.
Uw beeld zij ons een licht,
dat ons ten hemel richt
Leonardus, schutspatrone,
geef dat wij u hier beneen
trouw vereren en Gods Zone
loven door al d’ eeuwen heen. (2x)
Refrein
Laatst bewerkt op 5 juni 2013, 19:11. Geplaatst op 5 juni 2013, 18:59.Volgende »« Vorige
Gebedsdienst Donckse Wij-ing 2013
Feest van de Donckse Wij-ing
Gebedsdienst bij de Sint Leonarduskapel aan de Goorloop
op zondag 2 juni 2013 om 10.00 uur
Een eerbiedig samenzijn van gildebroeders, gildezusters, vrienden en buurtgenoten, vereerders van Sint Leonardus uit Beek en Donk en wijde omgeving en met gasten uit Gittelde (D) en Zoutleeuw (B)
De gezangen worden verzorgd door Seniorenkoor Sint Joachim uit Beek en Donk,
dirigent is Hans Kempe, pianiste Jolanda Demirel.
Voorganger: gildeheer diaken F. De Coninck
Acolieten: gildebroeders Harrie van Dijk en Cees Huijbregts
Versiering: gildezuster Maria Huijbers
Begroeting door de diaken
Welkom allemaal, recht herzlich wilkommen liebe Brüder and Schwestern aus Gittelde, hartelijk welkom gildebroeders en gildezusters uit Zoutleeuw, laten wij allen hier aanwezig, elkaar begroeten in de naam de Eeuwige, die al van ons hield nog voor we geboren waren en die ons altijd zal beminnen:
in de naam van de Vader en de Zoon en de heilige Geest. Amen
En laten wij, gesteund door het Seniorenkoor Sint Joachim een loflied aanheffen.
Lied (coupletten 2 en 4)
Refrein:
Zingt een nieuw lied, alle landen.
Zingt voor de Heer en verheerlijkt zijn naam.
Groot is de Heer, die wij vrezen en prijzen!
Aarde en lucht komen vers uit zijn hand,
schoonheid en kracht vergezellen Hem beide:
wild is de zee en tevreden het land.
Refrein
Juicht wat in zee leeft, of leeft op de velden:
ziet uw Verlosser gaat komen, weest blij!
Wuift alle bomen der wouden, verwelkomt
juichend uw koning, want Hij is nabij!
Refrein
Welkom door hoofdman Geert-Jan van Rixtel Bzn
Wierook wordt aangestoken bij het beeld van Sint Leonardus
Sint Leonarduslied (drie coupletten)
Leonardus, u ter ere,
klinke luid ons jubellied!
Trouwe dienaar van den Heere,
neen, gij smaadt ons zangen niet. (2x)
Refrein:
O, Leonardus,
aanhoor ons lofgedicht.
Uw beeld zij ons een licht,
dat ons ten hemel richt
Lange jaren, honderdtallen,
hield de Donk Sint Leendert hoog.
’t Volk, dat u te voet kwam vallen
hief gelovig ‘t hart omhoog. (2x) Refrein
Steeds in breder, breder scharen
trokken pelgrims naar de Donk.
Heind’ en verre klonk de mare
van ‘tgeen hun Sint Leendert schonk. (2x) Refrein
Gebed
Allen:
God onze Vader, Gij hebt aan de heilige Leonardus de gave geschonken om gevangenen te bevrijden.
Verleen ons, op zijn voorspraak, dat wij worden bevrijd van alles wat ons leven bedreigt.
Wij zijn te vaak de gevangenen van onze onmacht, van ons verdriet, van ons gebrek aan geloof, hoop en liefde.
Maak ons tot vrije, gelukkige mensen.
Schenk ons vergiffenis en geef dat wij anderen kunnen vergeven.
Dat vragen wij U door Jezus Christus onze Heer. Amen
Lezing uit het eerste boek Koningen (17, 8-16)
Gildebroeder Frans Meulensteen:
Samen delen houdt mensen in leven
In heel het land heerste een ernstige hongersnood.
Toen kwam het woord van de Eeuwige tot de profeet Elia. “Vertrek naar Sarefat, dat onder Sidon valt, en ga daar wonen. Ik heb daar een weduwe bevolen voor u te zorgen.
Toen hij bij de stadspoort kwam was daar een weduwe hout aan het sprokkelen. Hij riep tot haar: “Wees zo goed en haal voor mij in deze kruik een beetje water. Ik zou graag wat drinken.” Toen zij het ging halen riep hij haar na: “Wees zo goed en breng ook een stuk brood mee.” Zij antwoordde: “Zowaar de Eeuwige, uw God, leeft, ik heb geen brood meer, alleen nog maar een handvol meel in een pot en een beetje olie in een kruik. Ik sprokkel nu wat hout en ga dadelijk naar huis om voor mij en voor mijn zoon voor het laatst eten klaar te maken. Daarna wacht ons de dood.”
Elia antwoordde: “Vrees niet, ga naar huis en doe wat u van plan bent, maar maak van het meel en de olie eerst een broodje voor mij en breng mij dat. Voor uzelf en uw zoon kunt u daarna zorgen. Want zo zegt de Eeuwige, de God van Israël: de pot met meel raakt niet leeg en de kruik met olie niet uitgeput, totdat de Eeuwige het weer laat regenen.”
Toen ging zij heen en deed wat Elia gezegd had, en dag aan dag hadden zij te eten, hij, zij en haar gezin. De pot met meel raakte niet leeg en de kruik met olie niet uitgeput, volgens het woord dat de Eeuwige gesproken had door Elia.
Zo spreekt de Heer.
Tussenzang (coupletten 1, 3 en 4)
Zingt voor de Heer van liefde en trouw,
die onder ons verblijven wou.
Zingt als het gras dat dankt voor dauw:
alleluja, alleluja.
Zingt voor de liefde die ons bindt,
die in ons hoofd haar woning vindt,
die in ons hart haar rijk begint;
alleluja, alleluja.
Zingt voor het heil dat komen gaat;
zingt voor de deur die open staat;
zingt voor de God die zingen laat;
alleluja, alleluja.
Lezing uit het evangelie volgens Matteüs (7,24-28)
Diaken:
Wie handelt naar Gods woord, bouwt op een stevig fundament.
Jezus sprak:
“Wie mijn woord hoort en ernaar handelt, gedraagt zich als een verstandige man die zijn huis op de rots heeft gebouwd. Er kwam een wolkbreuk en een geweldige overstroming, de stormen gierden en rukten aan het gebouw. Maar het stortte niet in. De fundamenten ervan stonden immers op de rots.
Maar wie mijn woorden hoort en er niet naar handelt, gedraagt zich als een onverstandige man. Hij bouwde zijn huis op het losse zand. Er kwam een wolkbreuk, een geweldige overstroming, de stormen gierden en rukten aan het huis, het viel in elkaar en het was één grote puinhoop.”
Zo spreekt de Heer
Overweging
De weduwe die door de profeet Elia wordt aangesproken was straatarm. Ze werd gemeden door de mensen in haar stad. Weduwen en wezen telden in die dagen nauwelijks mee.
Men liet hen links liggen.
Uitgerekend deze vrouw spreekt de profeet Elia, de man Gods die honger heeft, aan.
Hij vraagt haar om wat water en een broodje. Op dat ogenblik was ze juist van plan van het handje meel op de bodem van haar voorraadvat een laatste broodje te bakken voor haar zoon en haarzelf, het samen op te eten en de hongerdood af te wachten.
Toch bakt ze voor de vragende profeet een broodje. En dan gebeurt er een spijswonder dat duren zal totdat de hongersnood over zal zijn. Haar pot met meel raakte niet leeg, er was steeds voldoende olie in haar kruik, samen hadden ze te eten: de profeet Elia, haar zoon en zij zelf.
Wat mij in dit verhaal het meest aanspreekt is wat die straatarme vrouw doet. Het kleine beetje dat ze heeft deelt ze met een ander, een vreemdeling nog wel. Dat ze dát kan is voor mij het grote wonder van deze vertelling. Ze geeft wat ze heeft. Ze laat een ander niet in de steek.
Het is de overtuiging van onze geloofstraditie, dat waar mensen zo met elkaar omgaan, ze handelen naar Gods hart.
Dat de pot met meel niet leeg raakt tijdens de hongersnood, maakt ons, gelovigen, duidelijk, dat God achter die weduwe staat, dat zijn hart uitgaat naar mensen die met elkaar hun lief en leed delen.
Leonardus bouwde aan het begin van de zesde eeuw van onze jaartelling op een plek in een bos in de streek van Limoges die Noblat genoemd werd een hut. Hij wijdde zich daar aan gebed en Bijbellezing en stond klaar voor reizigers die bij hem aanklopten voor een maaltijd, een bed voor de nacht. Leonardus werd een raadgever van de boeren en werkte met hen mee. Zijn naam raakte bekend en nu na vijftienhonderd jaar is zijn naam nog steeds bekend. Hij werd een van de grote Europese heiligen die in kapellen en kerken in vele landen wordt vereerd.
Ook hier op de Donk, al minstens sinds 1422.
Misschien hebben mensen hier op de Donk en op al die plaatsen hun toevlucht bij Leonardus gezocht, en doen ze het nog, omdat Leonardus laat zien hoe een mens een leven kan leiden dat de moeite waard is voor God, voor de naasten en voor zichzelf. Leonardus wijst een weg van liefde en bevrijding, zonder rituelen, zonder geleerdheid. Hij is een man van het volk.
Hier in ons midden staat vandaag een Leonardusbeeld. Het is afkomstig uit de prachtige neogotische Leonarduskerk aan de Kapelstraat die helaas op 13 januari van dit jaar aan de eredienst is onttrokken. Het grote gepolychromeerde Leonardusbeeld in de kerk is na die laatste eredienst overgebracht naar de Heilige Michaëlkerk. Het kleine beeld, in eerlijk eiken, onbeschilderd, dat in de sacristie stond is nu door het parochiebestuur aan het Sint Leonardusgilde in bruikleen afgestaan. Het zal vandaag een ereplaats krijgen in deze kapel. Wij zijn het parochiebestuur zeer erkentelijk, dat Leonardus op de Donk kan blijven, want Leonardus hoort op de Donk, al minstens zes honderd jaar is hij er.
Leonardus is een heilige die ongeveer op de plek waar we nu staan, door de jaren heen is aangeroepen als mensen van de Donk het moeilijk hadden, als ze ongerust waren over hun gezondheid of die van hun dierbaren, als er ziekte heerste onder het vee, maar vooral is Leonardus wijd en zijd beroemd als de patroon van de gevangenen.
De levensgeschiedenis van Leonardus is daarom zo spannend, omdat hij helemaal niet arm had hoeven zijn, helemaal niet in een hut in de eenzaamheid had moeten wonen. Hij was van adel. Zijn bedje was gespreid. Clovis, de koning van de Franken, was zelfs zijn peetvader die hem bij zijn doop in zijn armen hield. De beroemde bisschop Remigius was zijn leermeester. Remigius vertelde hem over Jezus, de Zoon van God die afstand deed van macht en rijkdom, die zich bekommerde om de geknechte mens, die mensen wilde bevrijden van alles wat hen bedrukte, die hen vrij en gelukkig wilde maken.
Dat ideaal heeft de jonge Leonardus aangesproken. Hij voelde zich geroepen Jezus’ voorbeeld te volgen en de handen uit de mouwen te steken zoals Jezus heeft gedaan. Voor Leonardus vielen godsdienst en mensendienst samen. Ik denk dat deze christelijke levenswijze velen onder ons zal aanspreken en dat daarom Leonardus al alle vele eeuwen een alom geliefde heilige is, een volksheilige.
Hoewel hij in zijn kluis in het bos van Noblat heel ver van het hof in Reims woonde, bleef Leonardus goede contacten met koning Clovis onderhouden. En zo kon het gebeuren, dat Clovis hem het voorrecht verleende om naar eigen oordeel gevangenen de vrijheid te schenken. Van dat koninklijk privilege heeft Leonardus volop gebruik gemaakt. Maar hij deed meer, als een allereerste gevangenenpastor, zocht hij het gesprek met de gevangenen, hij luisterde naar hun verhalen, hij begreep hoe ze op het slechte pad waren gekomen en hij wekte hen op het rechte pad weer te bewandelen. Hij bleef hen begeleiden, soms wel jaren.
Als we dit alles overdenken gaat het beeld van Leonardus in ons midden spreken, dan ontdekken we de gebroken boeien die de patroon van de gevangenen in zijn rechterhand houdt en het evangelieboek dat hij met zijn linker draagt, de boodschap van Jezus die hem in beweging heeft gebracht.
Vandaag viert de Donk feest. Het gilde herdenkt met de mensen van Beek en Donk en gasten uit Duitsland en Vlaanderen de wijding van de oude kapel uit 1422. De jaarlijkse herdenking van de wijding van de oude kapel trok tot in de achttiende eeuw vele pelgrims. Ze kwamen van heinde en ver, zo schrijft een van de pastoors van de Donk.
Nu, na meer dan twee eeuwen, is de tijd rijp om het feest van de Donckse Wij-ing weer te vieren met elkaar. Dit kleine kapelletje dat gildebroeders vierendertig jaar geleden hier aan het riviertje de Goorloop hebben gebouwd als opvolger van de verdwenen ruime kapel van 1422, moge tot in lengte van jaren een plek blijven waar mensen bij het beeld van Leonardus even komen bidden, een kaars opsteken en gesterkt weer verder gaan. Moge het geloof in Jezus, dat zich in daden van naastenliefde uit, het fundament zijn waarop dit bedehuis is gebouwd. Dan kan het de ergste stormwinden en regenbuien trotseren.
Amen
Voorbede
Gildebroeders dragen symbolen aan:
gildebroeder Jan Huijbers de Leonarduskaars,
gildebroeder Ruud Vermeulen de boeien,
gildebroeder Piet Rovers het kruis,
gildebroeders Mario van den Elsen en Jan Rovers de Leonardusbroodjes.
Gildebroeder Cees Huijbregts spreekt de gebedsintenties uit.
Allen beantwoorden de gebedsintenties zingend met:
“Heer, onze God, wij bidden U verhoor ons”.
De Leonarduskaars vertelt ons van gebed, licht en warmte.
Wij bidden voor alle mensen die, zoals Jezus en Leonardus, licht en warmte uitstralen,
die uitzicht bieden en bemoediging in onze soms zo duistere en koude wereld.
Dat zij niet ophouden stralende, warme mensen te zijn.
Bidden wij ook voor hen die snakken naar een spoortje van licht, een beetje hartelijkheid.
Dat er mensen zijn die hen horen en zien.
Laat ons zingend bidden…
Koor en allen: Heer, onze God wij bidden U verhoor ons.
De boeien herinneren ons eraan dat Leonardus gevangenen bevrijdde.
Bidden wij voor hen die om een losgeld gegijzeld worden, maar ook voor hen die in de gevangenis hun straf uitzitten. Denken wij ook aan hen die verslaafd zijn aan alcohol, drugs en gokspelen en aan hen die door hun driften worden geregeerd.
Bidden wij om bevrijding van ons allemaal.
Vragen wij God dat de enige band die mensen eens zal binden, de onderlinge liefde zal zijn.
Laat ons zingend bidden…
Koor en allen: Heer, onze God wij bidden U verhoor ons.
Het kruis is het teken van ons geloof.
In het hart van het kruis ontmoeten hemel en aarde elkaar.
Het kruis van Golgotha is schandpaal en troon tegelijk.
Aan dat kruis werd Jezus terechtgesteld, aan het kruis heeft zijn liefde gezegevierd.
Bidden wij aan de voet van dit kruis voor onze zieken,
dat zij liefdevolle aandacht mogen genieten
en voor onze overledenen, dat zij voorgoed thuis mogen zijn bij God.
Dat wij de nagedachtenis van onze overledenen in ere mogen houden.
Bidden wij ook voor onszelf, dat wij het kruis in ons leven willen aanvaarden
en dat wij het kruis van anderen proberen te verlichten.
Laat ons zingend bidden…
Koor en allen: Heer, onze God wij bidden U verhoor ons.
Brood is er om gegeten te worden. Het geeft leven.
Leonardus deelde zijn brood met armen, zwervers en pelgrims.
Het brood dat hij uitdeelde bracht mensen samen, ze konden weer lachen,
er werd een gemeenschap geboren.
Bidden wij, dat voor ons brood meer mag betekenen dan de onderkant van ons beleg.
Dat brood voor ons een teken mag zijn van het leven samen gedeeld, van vriendschap. Bidden wij dat vriendschap duren zal, hier op de Donk, maar ook in de gildes van Sint Leonardus verspreid over heel Europa. Dat de vijf en dertig jarige vriendschapsband met Schützengesellschaft Gittelde tot in lengte van dagen bestendigd mag worden. Dat wij goede contacten mogen onderhouden met de Vereniging Leonardus in Zoutleeuw in Vlaanderen.
Laat ons zingend bidden…
Koor en allen: Heer, onze God wij bidden U verhoor ons.
Lied
Waar liefde mensen samenvoegt
worden stenen een paleis,
de kille straat een lentetuin,
de hel een paradijs.
Refrein:
Een land van licht en zonneschijn,
een haard waar men zich warmt:
een overvolle beker wijn,
een mens die je omarmt.
De deur roept je een welkom toe,
een stoel staat voor je klaar;
de tafel is. gastvrij gedekt,
een heerlijk avondmaal.
Refrein:
Besprenkeling van het beeld van Sint Leonardus
Besprenkeling van de kapel van Sint Leonardus
Het beeld van Sint Leonardus wordt in de kapel geplaatst
Lied bij de kapel
Zomaar een dak boven wat hoofden,
deur die naar stilte openstaat.
Muren van huid, ramen als ogen
speurend naar hoop en dageraad.
Huis dat een levend lichaam wordt
als wij er binnengaan
om recht voor God te staan.
Woorden van ver, vallende sterren,
vonken verleden hier gezaaid.
Namen voor Hem, dromen signalen
diep uit de wereld aangewaaid.
Monden van aarde horen en zien,
onthouden, spreken voort
Gods vrij en lichtend woord.
Tafel van Eén, brood om te weten
dat wij elkaar gegeven zijn.
Wonder van God, mensen in vrede,
oud en vergeten nieuw geheim.
Breken en delen, zijn wat niet kan,
doen wat ondenkbaar is,
dood en verrijzenis.
Onze Vader
Diaken:
Laten wij bidden tot God onze Vader met de woorden die Jezus ons gegeven heeft:
Allen:
Onze Vader, die in de hemel zijt;
uw naam worde geheiligd;
uw rijk kome;
uw wil geschiede op aarde zoals in de hemel.
Geef ons heden ons dagelijks brood;
en vergeef ons onze schuld,
zoals ook wij aan anderen hun schuld vergeven;
en leid ons niet in bekoring;
maar verlos ons van het kwade.
Diaken:
Verlos ons, Heer, van alle kwaad, geef vrede in onze dagen, dat wij gesteund door uw barmhartigheid, vrij mogen zijn van zonde, en beveiligd tegen alle onrust. Hoopvol wachtend op de komst van Jezus, Messias, uw Zoon.
Allen:
Want van U is het koninkrijk
en de kracht en de heerlijkheid
in eeuwigheid. Amen
Vredeswens
Diaken:
Tot verbondenheid en vrede roept Jezus ons samen. Hij biedt ons zijn vrede aan. “Mijn vrede laat Ik u na”, sprak Hij tot zijn vrienden, “mijn vrede geef ik u”.
Zijn vrede mogen wij elkaar van harte toewensen. Laten we elkaar dan een teken van vrede geven.
Gebed
Allen:
Goede God, uw Zoon Jezus heeft blinden het gezicht teruggegeven, doven het gehoor. Lammen deed Hij lopen en melaatsen maakte hij rein. Armen heeft Hij voedsel en hoop gegeven.
Ook zijn apostelen hebben vele wonderdaden verricht.
De heilige Leonardus volgde hen na. Zijn goede daden raakten wijd en zijd bekend. Hij leefde uit de Blijde Boodschap van Jezus. Hij stond klaar voor mensen in nood. Hij hielp hen naar lichaam en ziel. Vele gevangenen wist hij te bevrijden.
Wij danken U voor zijn voorbeeld en wij vertrouwen op zijn
voorspraak bij U, telkens als wij in deze kapel komen bidden. Amen
Mededelingen
Hoofdman Geert-Jan van Rixtel Bzn
Zegen
Moge de zegen van de Allerhoogste ons begeleiden van dag tot dag.
Moge onze God het licht van zijn gelaat over ons doen opgaan
en ons vrede schenken:
de Vader en Zoon en de heilige Geest. Amen
Leonarduslied (vervolg)
Goede Jezus, hemelkoning,
hoor ons danklied, hoor ons bee.
Zegen Leonardus’ woning,
geef zijn volk geluk en vree. (2x)
Refrein:
O, Leonardus,
aanhoor ons lofgedicht.
Uw beeld zij ons een licht,
dat ons ten hemel richt
Leonardus, schutspatrone,
geef dat wij u hier beneen
trouw vereren en Gods Zone
loven door al d’ eeuwen heen. (2x)
Refrein
Laatst bewerkt op 5 juni 2013, 19:11. Geplaatst op 5 juni 2013, 18:59.